Intro 
D 


[Verso 1]

   D                A              G            D 
Misschien hebben ze schrik, dat ik pis op een pilaar, 
   G             D               E7        A7 
of erger, dat ik schijt voor het Heilige Altaar; 
    D              A          G            D 
dat ik mijn pootje hef ergens midden in de gang, 
   G              D         A7sus4 A7    D          D 
of dat ik blaf en kef bij gebed    en de zang. 


[Pré-Refrão]

   A                         D 
Misschien denken ze wel, hij is niet katholiek, 
        G                               A 
wat een hond voelt voor zijn baas, zo'n liefde past hier niet. 

 
[Refrão]

D/F#        G       A7       D           D 
Maar op een dag, ik weet het goed, 
     Gmaj7                A7 
laat God de hondjes in de hemel Interlude toe. 

Interlude 
D       G       D/F#      Asus4 A 
D       G       D/F#      A7sus4        A7 


 
[Verso 2]
  D                A         G              D 
Ik zit hier voor de kerk, het regent dat het giet, 
   G          D             E7              A7 
ik lig aan de leiband, naar binnen mocht ik niet. 
   D              A        G                 D 
De mensen denken, ach, een hond kent geen verdriet, 
G                D        A7sus4   A7      D    G      D 
rouwenn dat doen wij, een hond die kan dat niet. 

 
[Pré-Refrão]

   A                                D 
En dat noemt zich dan christen, dat kan niet eens verstaan 
       G                               A 
dat de liefde van een hond voor zijn baas nooit zal vergaan. 



[Refrão]
D/F#        G       A7       D           D 
Maar op een dag, ik weet het goed, 
     Gmaj7                A7 
laat God de hondjes in de hemel Interlude toe. 

Interlude 
D       G       D/F#      Asus4 A 
D       G       D/F#      A7sus4        A7 


[Verso 3]
 
       D           A          G             D 
Ik kan leven in de straat, ik kan tegen een stoot, 
G            D       E7           A7 
dagen zonder eten en slapen in de goot. 
   D             A      G               D 
In ruil voor een aai en soms een stukje brood 
G              D           A7sus4 A7      D     G     D 
geef ik al m'n liefde, m'n liefde tot der dood. 


[Refrão]

   A                     D 
Verwittig mij als iemand meer houdt van een man 
    G                    A 
dan ik van m'n baas, die ik niet missen kan. 


End-Chorus
D           G       A7       D 
Maar op een dag, ik weet het goed, 
     Gmaj7                A7    D      G     D 
laat God de hondjes in de hemel toe. 
D          G        A7      D 
Oh, et pourtant, je le sais bien, 
Gmaj7        A7      D    G     D 
Dieu recommandait le chien.